Wedstrijd vliegen en overland
Dat zweefvliegen een sport is dat weten de meeste mensen wel, maar dat er ook echte wedstrijden zijn dat is minder bekend.
Ook de variant ‘overland’ vliegen – lange afstanden afleggen, is een bijzonder onderdeel van de zweefvliegsport.
Overland vliegen
Overland vliegen is een term die gebruikt wordt wanneer je verder van je vliegveld vliegt, dan je vliegtuig je in 1x terug kan brengen. Hoe ver dat is, is afhankelijk van de omstandigheden van de dag.
Overland vliegen is vaak de opmaat naar wedstrijdvliegen. Je moet beter leren navigeren, het zoeken en vinden van thermiek wordt belangrijker en je moet leren inschatten hoe het weer zal veranderen. Je hebt er geen bijzondere vliegtuigen voor nodig, maar het helpt altijd als je een moderner vliegtuig hebt met een betere ‘glijhoek’
Het is niet ongewoon voor overlandvliegers om afstanden van 300 kilometer op een dag af te leggen. Een aantal keren per jaar wordt er zelfs meer dan 1000 kilometer op een dag gevlogen. Zonder motor, gewoon zwevend.
Wedstijdvliegen
Wedstrijdvliegen is voor veel vliegers het ultiem bereikbare. Je vliegkunsten afmeten tegen die van anderen. Iedereen vliegt een route langs een aantal door de wedstrijdleiding uitgezetten punten op de kaart. Dus iedereen kan dezelfde afstanden vliegen. Wie dit het snelste voltooit wint ook de wedstrijd. Maar omdat een vlieger moet zoeken naar thermiek, en er invloeden als wind of regen kunnen voorkomen, zal niemand exact dezelfde route en afstand vliegen. De beste vliegers kunnen het snelste vliegen, met de minste extra kilometers.
Bij wedstrijden zie je alle leeftijdsklassen en allerlei types vliegtuigen. Hoewel leeftijd niet per definitie een voorsprong geeft, kan het vliegtuigtype dat wel geven. Vliegtuigen worden daarom ingedeeld in klasses en krijgen een ‘ handicap’ – een omrekenfactor om toch tegen elkaar te kunnen strijden zonder dat er ongelijke voordelen zijn.
Zweefvliegtuig maakt noodlanding
De buitenlanding is iets wat binnen het zweefvliegen niet ongewoon is. Alleen de media benoemt het graag als ‘Zweefvliegtuig maakt noodlanding’ Op een lange dag vliegen kan het zijn dat het weer zo verandert dat je niet meer bij je gewenste vliegveld kan komen, of zelfs niet bij een ander vliegveld om uit te wijken.
Zweefvliegers gaan dan op zoek naar een akker of weiland waarin ze het vliegtuig veilig kunnen landen. Ze worden dan op een later moment opgehaald met de aanhanger. Het vliegtuig wordt afgebroken en de volgende dag kan er gewoon weer worden gevlogen!